Kadernota 2018

Vorig jaar en ook het jaar ervoor heeft de VVD bij de kadernota aangegeven dat het heel verleidelijk is om slechts een jaar vooruit te kijken of maximaal tot de eerst volgende verkiezingen, maar dat we in het belang van onze inwoners vooral verder vooruit moeten kijken.

De VVD moet echter wederom constateren dat de blik van het college slechts gericht is op de eerstkomende verkiezingen.

 

Vorig jaar wachtte het college voor meerdere zaken uit de kadernota het standpunt van de hele raad niet af. Dit jaar herhaalt de geschiedenis zich helaas weer. Het college is er dus alleen maar voor de achterban van de coalitie en wil dus geen college van alle Ridderkerkers zijn. Heel jammer. Sommigen noemen dat “ de arrogantie van de macht”.

 

Heeft het dus vanavond nog wel zin dat wij een bijdrage leveren aan de kadernota, die richtinggevend is voor de begroting? Het college en de collegepartijen beschouwen het alleen maar als een rituele dans, waarbij punten uit het debat niet ter zake doen. Zelfs nuanceringen aanbrengen heeft geen zin.
De VVD zou daarom graag zien dat in de volgende raadsperiode het college bij de raadsvergaderingen op de publieke tribune plaatsneemt. En dat het debat dan daadwerkelijk gevoerd wordt door de raadsleden onderling, zoals bij de invoering va het dualisme beoogd werd. Dus de raad aan zet. Durven andere partijen dit aan?

 

In het kader van openbare orde en veiligheid dient de VVD een motie in om de APV zo spoedig mogelijk te wijzigen naar aanleiding van de recent door het parlement aangenomen wet aanpak woonoverlast. Dit om de burgemeester op voorhand te faciliteren woonoverlast beter aan te kunnen pakken. Door de wijziging in de APV krijgt de burgemeester de mogelijkheid een overlastgever een specifieke gedragsaanwijzing te geven. Laten we dus niet te wachten met een mogelijke aanpassing tot het moment dat problemen zich voordoen, maar juist vooruitzien zoals bij een goed bestuurder past.

 

De VVD vindt dat de burgemeester alle middelen tot haar beschikking moet hebben om haar taak optimaal uit te kunnen voeren.

 

Zoals gezegd heeft het college de MRDH al 70.000 euro toegezegd voor o.a. doorstromingsmaatregelen met betrekking tot het HOV, zonder een beslissing van de raad hiervoor af te wachten.

 

Wethouder Smit heeft vorig jaar gezegd dat hij voor januari van dit jaar hij er bij de provincie voor zou zorgen dat de reservering voor de tramlijn in Ridderkerk uit de provinciale plannen geschrapt zou zijn. Omdat dit blijkbaar niet gelukt is wil hij dit via de MRDH alsnog voor elkaar krijgen.

 

Het college kiest helaas voor een kwetsbare HOV verbinding, waarbij het frappant is dat de MRDH niet eens over deze vervoersconcessie gaat. Bovendien is het geen HOV verbinding, omdat deze dan met een frequentie van minimaal 4 x per uur zou moeten rijden en dit niet het geval is.

R net bussen gaan bovendien via het hoofdwegennet en niet door Ridderkerk.

Verder gaat als alternatief gekeken worden naar een snelle busverbinding met Lombardijen. Wat hebben Ridderkerkers te zoeken in Lombardijen? Weer een extra overstap! Kortom met HOV, laat staan een toekomstbestendig Openbaar Vervoer hebben de plannen van het college niets te maken. Deze plannen moeten landen in het totale Vervoersplan 2019 van de MRDH. De uitkomsten laten dus voorlopig op zich wachten. Laten we dus ook wachten totdat wellicht een alternatief dat minstens zo goed is bekend is. In de brief aan het College stelt de MRDH als voorwaarde voor instemming met het schrappen van het tramtrace dat voor de door Ridderkerk gewenste OV-relatie met Rotterdam een HOV-busnetwerk wordt doorgevoerd. Dat laatste is dus nog lang niet in beeld. Dus nu al 70.000 euro hiervoor reserveren is niet aan de orde.

Het is bovendien heel vreemd dat toen gevraagd werd naar het rapport van Goudappel en Coffeng, waarop het college zich beroept om geen tramverbinding in Ridderkerk te willen niet in dit huis aanwezig was. Dit geeft op zijn minst te denken over de onderbouwing . Zeker omdat Goudappel en Coffeng in haar rapport zelf aangeeft dat een goede beoordeling van de waarde van de Ridderkerklijn pas kan worden gegeven op basis van een vervoerwaarde-onderzoek. Dat heeft nu niet plaatsgevonden.

Voorzitter: in het belang van toekomstige generaties is het van belang dat partijen verder durven kijken dan het komend verkiezingsjaar. We zijn dat onze kinderen verplicht en is noodzakelijk voor een veilig, economisch aantrekkelijk en bruisend Ridderkerk, juist in de toekomst.

 

Afsluitend: Wat de VVD betreft willen we leven in een Ridderkerk waar je zorgt voor jezelf en je op je eigen manier gelukkig kunt worden. Waar je geeft om en omkijkt naar de ander. En je je gedraagt zoals je wilt dat anderen zich gedragen. Waarbij de overheid een stille vennoot is, die er is wanneer je haar nodig hebt.